Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeide hij tot mij: Deze wateren vlieten uit naar het [11]voorste Galilea, en dalen af in het [12]vlakke veld; daarna komen zij in de [13]zee; in de zee uitgebracht zijnde, zo worden de [14]wateren gezond. 11. Of, Oost-Galilea; waardoor enigen verstaan een gedeelte van Galilea, liggende over de Jordaan, waar Chorazim ook gelegen was, aan de oostzijde van de Galilese zee, of de zee Gennezareth, waar de Jordaan doorliep. Doch dit dient bijzonderlijk vergeleken te worden met Jes.8:23, en Jes.9:1; Matth.4:12,13,14,15, alwaar verhaald wordt dat het licht van het Evangelie mede eerst is opgegaan in deze streken. Zie wijders van tweeerlei Galilea's, 1 Kon.9:11. Anders kon het ook in het algemeen genomen worden voor de ooststreken, of grenzen, idem de omstreek van Gilgal, uit Joz.18:17, vergeleken met Joz.15:7; ook gelegen in het oosten van Jeruzalem, maar daarheen ging men door de vlakken velden van Jericho, Jer.52;7,8; idem 2 Sam.2:29, en 2 Sam.17:26, en voorts over de Jordaan naar de vlakke velden van Moab, waarvan in het volgende. 12. Der Moabieten; zie Num.22:1; Deut.1:1; en Deut.3:17, en Deut.34:1,8. 13. De Dode zee, of Zoutzee, waar Sodom en Gomorra eertijds geweest waren, en waar Engedi en En-eglaim lagen, waarvan vs.10. Zie wijders Gen.14:3. 14. Van deze Dode zee, die tevoren dodelijk waren.